Aimee liep door de stallen samen met Smokey, haar lievelingspaard. Ze sprong het liefst op deze ruin, want dat deed hij erg goed. Hij was altijd erg lief, maar kon soms ook heel ondeugend zijn. Ze liep door het gangen pad en keek naar de andere paarden. Sommige paarden sliepen, andere keken nieuwschierig welk paard er langs kwam en sommige paarden legde hun oren in hun nek, omdat ze niet echt hielden van andere paarden. Aimee was opweg naar de wasplaats. Ze zou Smokey er weer eens op zijn best uit laten zien. Toen ze aankwam bij de poetsplaats zag ze Sara staan. Zij springt in dezelfde les als Aimee, dus ze kennen elkaar wel. 'Hee Sara' begroette Aimee haar, terwijl ze Smokey in de tweede wasplaats duwde.